De Plevierstraat is vernoemd naar de plevieren, hoe kan het ook anders. Het is een vogelsoort De straat ligt in de oude vogelwijk (nu de Orthenpoort). Maar hoe komen de plevieren aan hun naam?
Plevier komt zelf van het Latijnse pluvialis (op de regen betrekking hebbende). Plevieren zouden gaan fluiten als er regen op komst was. De goudplevier wordt daarom onder het volk ook wel regenfluiter genoemd (net als de wulp en de merel). Er is overigens nog wel discussie over de vraag of plevier niet oorspronkelijk toch een klanknabootsende oorsprong zou hebben. In Nederland komen 7 soorten voor. De gewone goud en de amerikaanse goudplevier zijn te vinden op de weilanden en akkers van sept tot april. De morinelplevier kreeg zijn naam van de Engelsman John Kay (1510-1573) die er twee betekenissen aan gaf. De eerste is afgeleid van de Morini, een bevolkingsgroep in Noord-Frankrijk en België. Hun naam komt van het Keltische mori (zee). De tweede betekenis komt van het Latijnse morus (gek, dwaas) omdat de morinelplevier achter mensen aan zou lopen en daardoor makkelijk te vangen was. De bontbekplevier dankt zijn naam aan zijn oranje-zwarte snavel, waarmee hij zich onderscheidt van de kleine plevier. Toen men zich nog niet bewust was van het bestaan van deze twee verschillende, maar op elkaar lijkende soorten werd de bontbekplevier ook wel kleine plevier genoemd. Verder heb je nog de strand- en zilverplevier.
De straatnaam zelf is in de jaren 60 ontstaan na de grondige sanering van de vogelwijk. Van de vogelwijk is niets meer bewaard op een enkel fabriekspand na. Het is nu een industriegebied waar de veiligheidsdiensten van de stad hun plekje hebben. De Ekster-, Kanarie-, Duiven-, Zwaluwen-, Pelikaan- en de Spechtstraat zijn verdwenen. Daarvoor in de plaats is de plevierstraat gekomen.
Frank
