In de nieuwbouwwijken die vanaf de jaren ’60 uit de grond werden gestampt is weinig meer van de Rooms-Katholieke kerk te vinden. Er werd hier een daar een modern kerkgebouwtje neergezet, maar nadat de kerkgangers wegbleven, konden die net zo makkelijk worden afgebroken of een andere bestemming krijgen.
Met de wijken die vóór de Tweede Wereldoorlog verrezen is dat een heel ander verhaal. Zodra er voldoende mensen - nagenoeg állemaal potentiële kerkgangers! - waren, werd er door de bisschop een bouwpastoor geparachuteerd. De gemeente werd, meestal met succes, gevraagd om een geldelijke bijdrage en korting op de bouwgrond. En de pastoors van die tijd keken verder dan hun religieuze neus lang was. Ze hadden ook graag grip op het onderwijs dat uiteraard op katholieke leest geschoeid moest zijn.
Paters en zusters
Dat betekende een kleuterschool en lagere scholen, bij voorkeur apart voor jongens en meisjes. Paters, fraters en zusters werden ingevlogen om onderwijs te geven en andere hand- en spandiensten te verrichten. Het handigste was om deze hulptroepen dicht in de buurt hebben en dus verrezen er kloostergebouwen. Parochiehuizen mochten ook niet ontbreken en zo ontstond er een dominante religieuze (Rooms-Katholieke) infrastructuur.
In de vooroorlogse wijken Muntel en de Vliert (grotendeels) is dit patroon duidelijk te herkennen. Zelfs nadat majestueuze kerken als de Sint Antonius aan het Duhamelplein (nu Kardinaal Koopmansplein) en het Allerheiligst Sacrament aan de Sonniusstraat aan de slopershamer ten prooi vielen, bleef er nog veel religieus geïnspireerd onroerend goed over: kloostergebouwen, grote pastories, wijkhuizen, scholen. Veel hiervan heeft andere bestemmingen gekregen en wordt tegenwoordig gekoesterd. Het zal ons nog tot in lengte van jaren blijven herinneren aan de dominante positie die de RK Kerk ooit innam.
Sonniusstraat
En nu staat in de Muntel, Vliert en Orthenpoort het laatste kerkgebouwtje op de nominatie om aan de eredienst te worden onttrokken: De Sacramentskerk in de Sonniusstraat. We hebben het niet over de kerk die in 1936 werd ingezegend door bisschop mgr. Diepen en in 1950 nog werd uitgebreid met bijna 500 zitplaatsen. Drie maal 1.400 kerkgangers op één zondag was in die dagen heel gewoon. In de jaren ’60 verslapte, zoals dat heet, het religieuze leven. Tien jaar later ging het nog sneller. Bernard Schoenmaker, de bouwpastoor van het eerste uur, ging in deze periode van neergang (1970) met emeritaat. De eerste grote kerk die het veld ruimde, was de Antonius in 1983. Alle ballen werden gericht op de Sacraments, zij het met een iets afgeslankt interieur.
Het aantal belijdende gelovigen bleef echter teruglopen, de bouwkundige staat maakte sluiting noodzakelijk. De laatste ceremonie had plaats op 22 november 2002. Deze stond in het teken van de plotseling overleden Pastoor Jan van Hulten, die nog vanuit zijn eigen kerk ten grave kon worden gedragen.
Zonder bisschop
Na het nodige getouwtrek kon op de plek van de oude kerk in 2002/2003 een eenvoudige, rechthoekige kerkruimte met plat dak worden gerealiseerd. Daar waar tot dan toe bij de plechtige ingebruikneming van kerken, uitbreidingen, schoolgebouwen, kloosters steevast de bisschip zelf vanaf de Parade naar de Muntel of de Vliert afreisde, liet bisschop Hurkmans zich bij de ingebruikneming van de kleinschalige nieuwe Sacramentskerk vertegenwoordigen door pastoor A. Uijttewaal.
Met het sluiten van kerkgebouwen werden ook de parochies opgeschaald. Na sloop van de Antonius ontstond de parochie Muntel-Vliert. Deze ging in 2007 op in de grotere Moeder Teresa en nog later ontstond de parochie H. Maria die nagenoeg alle vroegere parochies van het Dekenaat ’s-Hertogenbosch omvat.
Pastorale werkgroep
De Sacramentskerk anno 2018 werd en wordt vooral draaiende gehouden door de pastorale werkgroep. Leo Blom is met 51 jaar het jongste lid. De vitale Toon van Geldrop is met 86 jaar de oudste. “In 1961 ben ik nog in de oude kerk getrouwd,” vertelt hij. Wat er met het gebouw gaat gebeuren is nog niet bekend. De slotviering heeft zondag 10 juni plaatsgehad, maar officieel moet het door het bisdom nog aan de eredienst worden onttrokken.Voorlopig kunnen de gebruikelijke niet-religieuze bijeenkomsten op woensdag- en vrijdagmorgen en dinsdagmiddag nog doorgaan. Waar kunnen de parochianen terecht voor kerkelijke bijeenkomsten of sacramenten?
“We hebben dat aan de vaste bezoekers gevraagd, maar daar kregen we geen eenduidig antwoord op,” zegt Leo Blom. “Sommigen gaan naar de Sint-Jan, anderen naar de Maaspoort of Hintham of ze kiezen voor de tv of het thuis ontvangen van de hostie. Dat maakt het moeilijk voor ons om iets te organiseren, maar misschien krijgen we komende maanden signalen dat er toch behoefte bestaat aan wat hulp.”
Tekst: Jos van Rijsingen
Foto’s: Wim van den Berg
Boekje 85 jaar Sacramentskerk
De expositie over opkomst en einde van de Sacramentskerk is voorbij. Al het materiaal en ook veel anekdotes en persoonlijke verhalen en herinneringen worden nog verwerkt in een boek. Het duurt nog enkele maanden voor het klaar is. De kosten van het boek zijn nog niet bekend. Naar schatting gaat het tussen de €17,50 en €25 kosten. Men kan alvast een boek reserveren door naam en adres door te geven aan Leo Blom van de pastorale werkgroep via e-mail: . Natuurlijk kan ook bij de Sacramentskerk een briefje in de bus worden gedaan of afgegeven. Voorlopig is er op woensdag- en vrijdagmorgen nog gewoon inloop.
Witte Zuster weet niet van ophouden
Fraters en paters en zusters (die van de Choorstraat, maar ook witte zusters) waren van grote betekenis voor het wel en wee van het Rooms-Katholieke leven en dus ook de Sacramentsparochie. Voor het onderwijs, maar ook voor allerlei andere taken. Het onderwijs wordt allang door leken gegeven en de fraters en zusters zijn stilaan vertrokken. Maar soms houdt de binding stand, zoals bij witte zuster Joanna (85). Ze was vele jaren aan de Sacramentsparochie verbonden, maar woont tegenwoordig met enkele medezusters in Boxtel. Elke woensdagmorgen komt ze nog op de fiets naar de kerk. Voor de koffie, een praatje, een hobbyactiviteit. De afstand is geen probleem. “Ik heb een elektrische fiets,” zegt ze. Vindt ze het jammer dat ze straks niet meer naar Den Bosch hoeft te fietsen? “Ho, ho,” zegt ze, “ik blijf komen, want op maandagmiddag doe ik ook nog vrijwilligerswerk elders in Den Bosch.”