Ga er maar aanstaan. Een woonblok van 76 woningen vervangen door ongeveer evenzoveel huizen, met de karakteristieke uitstraling van toen (ca. 1930) en voldoen aan de eisen van nu. Dus binnen een acceptabele bouwmassa méér meters per woning, uiteraard alle moderne eisen van comfort. En, o ja, die 76 auto’s moeten de straat uit. Daar staat het al vol genoeg mee in de Muntel.
Beschermd stadsgezicht
Voor Geert Bosch (53) van Hilberinkbosch Architecten is zo’n opdracht een uitdaging waar hij wel van houdt. Het woonblok aan de Citadellaan en Willem van Nassaulaan - op wat de ‘Kop van de Muntel’ wordt genoemd - was echt uitgewoond. Slopen en opnieuw beginnen luidde de opdracht van woningcorporatie Zayaz. Op het moment dat in 2008 een begin werd gemaakt met de plannenmakerij, was de wijk net tot Rijksbeschermd Stadsgezicht verklaard. “Dat is de wijk ook wel waard,” vindt architect Geert Bosch. Hij kent de wijk uit eigen ervaring, heeft in de jaren 90 een aantal jaren aan het Taxandriaplein gewoond.
Het verhaal van de Muntel is min of meer bekend. Nadat ’s-Hertogenbosch ook buiten de stadsmuren mocht bouwen, werden uitbreidingslocaties gezocht. Begin 20ste eeuw kwam de wijk die nu de Muntel heet aan bod. We hebben er de fraaie IJzeren Vrouw aan te danken met het evenzofraaie park dat, dankzij de werkverschaffingsprojecten, later extra allure kreeg. Het opspuiten van de drassige grond kostte wel meer dan begroot, waardoor het bouwen duurder uitpakte. Niet dus voor Jan met de pet maar de sociale klassen (onder meer ambtenaren en middenstanders) net daarboven.
Prijsklassen
De bouwgrond begin vorige eeuw kende drie prijsniveaus. Voor klasse A, gelegen aan prestigieuze straten als Jan de la Barlaan, Jan Schöfferlaan én Citadellaan, werd 12,15 gulden (!) per vierkante meter
gevraagd. Klasse B deed 8 gulden en helemaal binnenin kostte de grond 5 gulden de meter.
De dure meters gingen wat moeizamer van de hand; het project dat nu Cavalier heet, werd als een van de laatste rond 1930 opgeleverd. “Maar nog altijd is de wijk in ongeveer tien jaar voltooid en dat is snel,” zegt Bosch. Daardoor vertonen het ontwerp en de invulling van de wijk ook zoveel samenhang. “Dat zie je vaak als een wijk in korte tijdspanne wordt gebouwd.”
Terwijl de eerste schetsen werden gemaakt, verdiepten Geert Bosch en zijn team zich ook in de typische kenmerken van de wijk. Wat maakt de Muntel tot de Muntel? Een uitgebreide beeldanalyse leverde veel karakteristieken op. Veel gestapelde bouw met bovenwoningen, gesloten hoekoplossingen, zoveel mogelijk voordeuren aan de straat met ramen boven de luifels, verstopte balkons, lage muurtjes bij de voortuintjes, bijzonder metselwerk, veel gevarieerde metselverbanden, ornamenten, uitstulpingen, verticaal doorlopende dakwanden, detailwerken, enzovoort. “Dat zegt wel iets over die tijd,” vindt Bosch. “Materialen waren verhoudingsgewijs duur, arbeid niet. Dus het verwerken mocht gerust arbeidsintensief zijn.”
Voorgevels
Dat leverde nog wel een probleem op bij de definitieve uitwerking van de plannen anno 2015. Het werd te duur. “We zagen het niet zitten die detailleringen overál wat minder te maken. We hebben er toen voor gekozen de achterkanten van de bouwblokken zo sober en standaard mogelijk uit te voeren en de voorgevels te ontzien. Eigenlijk is dat ook typisch de Muntel: de voorgevels fraai en afwisselend, de achtergevels simpel, eenvoudig. Dus saaier ook.”
Het resultaat mag er zijn. Het project werd door het Bossche Architectuur Initiatief (BAI) genomineerd voor de architectuurprijs 2015 (maar verloor nipt van de Amazones), wel kreeg het een plaats in het Jaarboek Architectuur en dat betekent waardering van vakgenoten. De doelstellingen werden in het ontwerp grotendeels waargemaakt. Huur- en koopwoningen in diverse prijsklassen, de auto’s kregen op een ingenieuze manier achter en onder de woningen een plek. Het dak van deze stalling doet ook dienst als terras voor de woningen. De hoek op de kruising Citadellaan-Willem van Nassaulaan - waar vroeger de elektronicazaak van Mart van Drunen was gevestigd - kreeg een vormgeving die nog fraaier was dan voorheen. De verticaal doorlopende dakwanden aan de Citadellaan van donkere bakstenen en de gemetselde scheidingsmuren tussen de terrassen roepen echt de sfeer van de jaren 30 op. Ook de uitgezaagde huisnummers (ontwerp Studio Boot) dragen hier aan bij.
Hard geel
Zelfs over de kleur van het metselwerk is nagedacht. De baksteen die oorspronkelijk in de Muntel werd gebruikt, was hardgeel. Honderd jaar weer, wind en ook wel luchtvervuiling heeft zijn werk echter gedaan.
Vandaar dat nu gekozen is voor ‘bruin genuanceerd’, dat prima aansluit bij de uitstraling anno nu.
Geert Bosch heeft zich dus helemaal vastgebeten in de Muntel. Ziet hij nog mogelijkheden die de wijk ten goede zouden komen? Even is het stil. Dan klinkt het: “Al die auto’s in de straten. Dat is eigenlijk jammer. De wijk is daar niet voor ontworpen. Het zou mooi zijn als dat wat minder wordt. Je ziet gelukkig dat jonge mensen die er gaan wonen niet allemaal per se een auto voor de deur willen hebben. Misschien zou het fenomeen deelauto hier extra gestimuleerd kunnen worden.”
Jos van Rijsingen